Treasurybeheer
Bij het treasurybeheer onderscheiden we de volgende deelfuncties:
Risicobeheer (renterisico's en kredietrisico's);
Kasbeheer;
Gemeentefinanciering.
Risicobeheer
Risicobeheersing vormt één van de pijlers van de wet Fido. In beginsel kunnen de risico’s die verbonden zijn aan de uitvoering van de treasuryfunctie worden onderscheiden in renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Voor onze gemeente zijn de twee laatstgenoemde risico’s niet van toepassing, want onze gemeente heeft geen vrij verhandelbare aandelen en dergelijke en leningen worden uitsluitend verstrekt, aangegaan of gegarandeerd in euro’s.
Renterisico's
Renterisico kortlopende schuld
Het financieren van de gemeentelijke huishouding door middel van kortlopende geldleningen en de kredietfaciliteit bij de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) is gebonden aan de norm die de kasgeldlimiet van de Wet Fido stelt. Dit is 8,5% van het begrotingstotaal per 1 januari van het begrotingsjaar.
Kasgeldlimiet
Met de kasgeldlimiet is in de Wet Fido een norm gesteld voor het maximum bedrag waarop de gemeente haar bedrijfsvoering mag financieren met kortlopende leningen (< 1 jaar). Daaronder valt ook het 'rood' staan bij de bank. De norm bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het begrotingsjaar. Er is sprake van een overschrijding van de kasgeldlimiet wanneer de netto kortlopende schuld per de eerste dag van elk van de drie maanden in een kwartaal, hoger is dan de berekende limiet.
In 2019 bedroeg het begrotingstotaal van de gemeente € 82,4 miljoen. De kasgeldlimiet voor de gemeente bedroeg € 7,0 miljoen.
Kasgeldlimiet | 1ste kwartaal | 2de kwartaal | 3de kwartaal | 4de kwartaal |
---|---|---|---|---|
1. Toegestane kasgeldlimiet | ||||
Begrotingstotaal 2019 | 82.452 | 82.452 | 82.452 | 82.452 |
- in procenten van de grondslag | 8,50% | 8,50% | 8,50% | 8,50% |
- in bedrag | 7.008 | 7.008 | 7.008 | 7.008 |
2. Omvang vlotende korte schuld | ||||
Opgenomen gelden < 1 jaar | 6.000 | 5.000 | 10.000 | 10.000 |
Schuld in rekening-courant | - | - | - | - |
Gestorte gelden door derden < 1 jaar | - | - | - | - |
Totale omvang van de vlotende schuld | 6.000 | 5.000 | 10.000 | 10.000 |
3. Vlotende middelen | ||||
Contante gelden in kas | - | - | - | - |
Tegoeden in rekening-courant | 893 | 610 | 539 | 522 |
Overige uitstaande gelden < 1 jaar | 3.432 | 6.821 | 4.315 | 7.492 |
Totale omvang van de vlotende omvang | 4.325 | 7.431 | 4.854 | 8.014 |
Toets kasgeldlimiet | ||||
Totaal neto vlotende schuld (2)-(3) | 1.675 | -2.431 | 5.146 | 1.986 |
Toegestane kasgeldlimiet (1) | 7.008 | 7.008 | 7.008 | 7.008 |
Ruimte (+)/Overschrijding (-) = (1)-(4) | 5.333 | 9.439 | 1.862 | 5.022 |
In 2019 heeft de gemeente meerdere kasgeldleningen aangetrokken. Alle kasgeldleningen hadden een periode van een kwartaal. Door nauwkeurig een liquiditeitsbegroting te maken is de gemeente altijd onder het limiet gebleven.
Renterisico langlopende schuld
Met de renterisiconorm is in de wet Fido een norm gesteld voor het renterisico op langlopende opgenomen leningen. Op onderstaande Modelstaat B moet de gemeente aan de provincie rapporteren over het renterisico gedurende een periode van vier jaren. De herfinanciering van jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen van lopende geldleningen mogen niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Het renterisico wordt getoetst aan het bedrag van de renterisiconorm.
De volgende tabel geeft de renterisiconorm weer voor 2019.
Modelstaat B | Variabelen renterisiconorm | Begroot | Rekening |
---|---|---|---|
Stap | |||
Berekening Renterisiconorm | |||
(4a) | Begrotingstotaal 2019 | 82.452 | 87.385 |
(4b) | Percentage regeling | 20% | 20% |
(4) = (4a x 4b/100) | Renterisiconorm | 16.490 | 17.477 |
Berekening ruimte / overschrijdiing | |||
-1 | Renteherzieningen | - | - |
-2 | Aflossingen | 6.000 | 6.000 |
-3 | Renterisico (1+2) | 6.000 | 6.000 |
-4 | Renterisiconorm | 16.490 | 17.477 |
(5a) = (4>3) | Ruimte onder renterisiconorm | 10.490 | 11.477 |
(5b) = (3>4) | Overschrijding renterisiconorm | - | - |
Uit de tabel blijkt dat de gemeente in 2019 de renterisiconorm niet heeft overschreden.
Kredietrisico's
Deze kunnen zich op twee manieren manifesteren:
1. Kredietrisico's op uitgezette deposito's en verstrekte langlopende leningen. In 2019 had de gemeente geen overtollige liquiditeiten op deposito staan. In 2019 zijn er geen nieuwe langlopende leningen verstrekt.
Bij de reeds verstrekte langlopende geldleningen loopt de gemeente een beperkt risico. Onder 'Uitzettingen' staan ze in een overzicht aflopend naar risico gerangschikt. Ze voldoen alle aan de eisen gesteld in de Wet Fido en het Treasurystatuut of zijn expliciet door de Raad goedgekeurd. Geen enkele geldnemer is in 2019 in gebreke gebleven wat betreft zijn betalingsverplichting.
2. Kredietrisico's op borgstelling (gemeentegaranties)
Hier maken we onderscheid tussen achtervang (indirecte borgstelling) en directe borgstelling.
Diemen bekleedt samen met het Rijk een achtervangpositie bij de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) en de Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW).
Hierdoor staat onze gemeente indirect borg voor langlopende leningen die onder directe borging van het WSW aan woningcorporaties zijn verstrekt. Voor hypothecaire geldleningen met Nationale Hypotheek Garantie die onder directe borging van het WEW aan particulieren zijn verstrekt, geldt de achtervangpositie tot 1 januari 2014. Voor hypotheken afgesloten na die datum heeft het Rijk de achtervangpositie van de deelnemende gemeenten voor 100% overgenomen. Geen van beide stichtingen heeft in 2019 aanspraak gemaakt op de achtervangpositie.
Bij directe borgstelling staat de gemeente jegens geldgevers borg voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door lokale organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken en die activiteiten verzorgen welke in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak.
In de volgende tabel zijn de leningen opgenomen waarvoor de gemeente zich direct borg heeft gesteld.
Gewaarborgde geldleningen | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Geldnemer | Geldgever | Oorspronk. | Restant- | Vermeer- | Aflossing | Restant- | Rente |
Kinderkorf | B.N.G. 40.104135 | 1.600 | 1.350 | - | 40 | 1.310 | 3,65% |
Soc. Medisch Centrum Diemen-Zuid | B.N.G. 40.81323.02 | 420 | 328 | - | 18 | 310 | 6,32% |
B.N.G. 40.104135 | 392 | 274 | - | 13 | 261 | 6,27% | |
Cordaan Parkstad | Fortis ASR | 3.176 | 953 | - | 212 | 741 | 7,04% |
B.N.G. 40.85966 | 3.176 | 953 | - | 106 | 847 | 6,58% | |
B.N.G. 40.92554 | 2.198 | 761 | - | 85 | 676 | 6,35% | |
St. Ouddiemerlaan 543 | Rabobank Utrecht | 771 | 587 | - | 14 | 573 | 3,95% |
B.N.G. | 500 | 333 | - | 16 | 317 | 4,97% | |
Woonstichting de Key | B.N.G. 40.82349.02 | 3.676 | 1.928 | - | 371 | 1.557 | 5,77% |
Amsterdamse Mij. tot Stadsherstel | St. Nat. Restauratiefonds | 272 | 100 | - | 10 | 90 | 2,20% |
Totaal | 16.181 | 7.567 | - | 885 | 6.682 |
Alle geldnemers hebben in 2019 tijdig aan hun betalingsverplichtingen voldaan. Er is in 2019 geen nieuwe borgstelling afgegeven.
Kasbeheer
Met de renterisiconorm is in de wet Fido een norm gesteld voor het renterisico op langlopende opgenomen leningen. Op onderstaande Modelstaat B moet de gemeente aan de provincie rapporteren over het renterisico gedurende een periode van vier jaren. De herfinanciering van jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen van lopende geldleningen mogen niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Het renterisico wordt getoetst aan het bedrag van de renterisiconorm.
De Gemeentefinanciering
Voor de financiering van de diverse investeringen trekt de gemeente langlopende leningen (langer dan 1 jaar) aan. Per 1 januari 2019 stond er voor een totaalbedrag van € 51 miljoen aan opgenomen leningen op de balans. In 2019 is er een lening van € 6 miljoen vrijgevallen. Deze lening is niet hergefinancierd. Hierdoor heeft de portefeuille langlopende leningen op 31 december 2019 een omvang van € 45 miljoen.
Portefeuille langlopende leningen | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Geldgever | Boekwaarde | Opname | Aflossing | Boekwaarde | Soort | Rente- |
B.N.G. | 6.000.000 | - | 6.000.000 | - | Fixe | 0,969% |
B.N.G. | 4.000.000 | - | - | 4.000.000 | Fixe | 3,240% |
Waarborgfonds voor de Zorg | 4.000.000 | - | - | 4.000.000 | Fixe | 3,300% |
B.N.G. | 6.000.000 | - | - | 6.000.000 | Fixe | 1,949% |
Provincie Groningen | 5.000.000 | - | - | 5.000.000 | Fixe | 1,300% |
B.N.G. | 5.000.000 | - | - | 5.000.000 | Fixe | 1,958% |
Aegon Levensverzekering | 7.500.000 | - | - | 7.500.000 | Fixe | 1,030% |
B.N.G. | 7.500.000 | - | - | 7.500.000 | Fixe | 0,900% |
B.N.G. | 6.000.000 | - | - | 6.000.000 | Fixe | 1,550% |
Totaal | 51.000.000 | - | 6.000.000 | 45.000.000 |
Uitzettingen
Behalve langlopende opgenomen leningen heeft de gemeente ook langlopende uitgezette leningen. Deze zijn verstrekt in het kader van de publieke taakuitoefening.
Langlopende uitzettingen | Boekwaarde | Opname | Aflossing | Boekwaarde |
---|---|---|---|---|
Hypothecaire geldleningen | 826 | - | - | 826 |
Lening aan SVN | 6.262 | 162 | - | 6.424 |
Leningen aan diverse sportverenigingen | 367 | - | -35 | 332 |
Overige langlopende uitzettingen | 161 | - | -20 | 141 |
Totaal | 7.616 | 162 | -55 | 7.723 |
De sportverenigingen hebben € 35.000 afgelost. Dit is conform de regeling.
De aflossingen bij hypothecaire geldleningen zijn hoger dan verwacht. Dit is veroorzaakt doordat meerdere (ex)ambtenaren hun hypotheek volledig hebben afgelost.
Daarnaast is er € 50.000 toegekend aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVN) om duurzaamheidleningen te verstrekken aan inwoners die duurzame maatregelen aan hun woning treffen. Daarnaast is de rente a € 112.000 van 2017 tot en met 2019 aan toegevoegd.
Saldo financieringsfunctie
Het saldo van de financieringsfunctie bestaat uit het saldo van:
De werkelijk betaalde rente over aangetrokken leningen en opgenomen middelen in rekening courant ("roodstand");
De werkelijk ontvangen rente over verstrekte leningen, beleggingen (deposito's) en credit-saldi in rekening courant.
Het volgende overzicht is een saldo van de werkelijk betaalde en ontvangen rente en vergelijkt ze met de bedragen van de begroting.
Saldo financieringsfunctie | Begroting | Rekening | Verschil |
---|---|---|---|
Betaalde rente langlopende leningen o/g | -1.300 | -837 | 463 |
Betaalde rente kortlopende leningen o/g | -5 | - | 5 |
Ontvangen rente langlopende leningen u/g | 40 | 155 | 115 |
Ontvangen rente kortlopende leningen u/g | - | 31 | 31 |
Totaal | -1.265 | -651 | 614 |
Door een veranderd rentepercentage hebben we in 2019 minder rente op langlopende leningen moeten betalen dan begroot. Ook hebben we meer rente ontvangen op langlopende leningen.
In 2019 heeft de gemeente kasgeldleningen opgenomen, maar door een negatieve rente stand heeft de gemeente rente ontvangen in plaats te moeten betalen. Daarnaast is er vanuit de Stimuleringsfonds Huisvesting (SVn1) eenmalig rente ontvangen over voorgaande jaren.